Francisca leert nederlands

Francisca Egiye Iyere komt uit Benin City, is 51 jaar, spreekt Engels en Esan – één van de 500 talen die gesproken wordt in Nigeria – en volgde haar man naar België. Ze startte in januari 2018 haar eerste lessen Nederlands in het Centrum voor volwassenenonderwijs (CVO) in Lokeren.

“Ik kreeg een brief van het Agentschap Integratie en Inburgering om me in te schrijven voor een inburgeringstraject. Mijn trajectbegeleider Tess gaf me uitleg over het contract, hielp me om mijn papieren in het Nederlands te begrijpen, om het uurrooster van de bussen uit te pluizen, … Maar ze heeft me vooral aangemoedigd om Nederlands te leren. Toen ik in januari 2018 mijn eerste les volgde, kende ik geen woord Nederlands. Het is dan ook de eerste keer in mijn leven dat ik een andere taal leer.”

“Na drie maanden kon ik mezelf al voorstellen”

Francisca volgt lessen Nederlands in Lokeren: “Ik ga elke maandag, woensdag en donderdag naar het Centrum voor Volwassenenonderwijs (CVO). Op aanraden van mijn leerkracht Nederlands ga ik op vrijdag een halfuurtje naar de logopediste. Zij helpt me met mijn uitspraak, want sommige klanken zijn nog moeilijk. Dan moet ik in de spiegel naar de bewegingen van mijn mond kijken.”

“Na drie maanden kon ik mezelf al voorstellen in het Nederlands. Om niveau 1.1 af te ronden, moest ik een gesprek van 20 minuten in het Nederlands voeren. Wat was ik verrast toen het me lukte!”

“Het blijft me vooral verbazen dat woorden in verschillende contexten een compleet andere betekenis hebben. Zo leerde ik vandaag in de les dat je een verstopte neus kan hebben, maar een verstopte wc is dan weer iets helemaal anders!”

Fouten maken mag

“Als anderstalige moet je een positieve ingesteldheid aannemen. Er zat iemand bij mij in de les die altijd maar zei: ‘Nederlands is zo moeilijk.' Alles was moeilijk voor hem! Op een bepaald moment zei onze leerkracht tegen die persoon: 'Willen is kunnen.' Ik begreep niet onmiddellijk wat hij bedoelde, maar na verloop van tijd wist ik dat hij gelijk had. Je moet niet steeds aarzelend zeggen dat je nog niet goed Nederlands spreekt. Je moet het gewoon doen! Maak fouten!”

Babbelonië

Francisca probeert elk moment in het openbaar leven aan te grijpen om de taal onder de knie te krijgen: “Als ik de trein neem om naar de les te gaan, lees ik altijd de Metro. Ik probeer af en toe wat woorden op te zoeken. Ik luister naar Nederlandstalige muziek en kijk tv. Ik bekijk de weersvoorspellingen en het uurrooster van de bussen in het Nederlands. Sinds kort ga ik ook naar ‘Babbelonië’ op donderdagnamiddag in Lokeren. Daar praten anderstaligen en Nederlandstaligen samen over bijvoorbeeld Belgische gewoontes, eten, Sinterklaas…”

Anderen enthousiasmeren

Het gaat zelfs nog verder voor Francisca: ze wil anderen inspireren om Nederlands te leren. “Toen ik tijdens de les maatschappelijke oriëntatie – een onderdeel van het inburgeringstraject – een persoonlijk actieplan moest opmaken, wist ik onmiddellijk dat ik iets wou schrijven.” Het resultaat is het pamflet ‘Willen is kunnen’, waarin Francisca haar persoonlijke ervaringen over Nederlands leren omschrijft. Ze geeft tips voor beginners, maar deelt ook haar enthousiasme met mensen die de taal moeilijk vinden. “Het is mijn droom om ooit een boek te schrijven… in het Nederlands!”

Francisca wil later graag haar kennis van het Nederlands gebruiken om in de beenhouwerij van haar man te werken. “In Nigeria werkte ik als secretaresse voor een overheidsinstelling. Hier in België wil ik de klanten in de beenhouwerij van mijn man bedienen en de boekhouding doen.”